Atletiek- en turnwoordenboek

Jan Luitzen (2008)

Gepubliceerd op 31-07-2017

springplank

betekenis & definitie

(de; -en) 1 GY - verende plank waarop de gymnast(e) zich bij het springen afzet, syn. afzetplank, reutherplank: spreidsprong over de hoge bok na afzet van een reutherplank of springplank.

2 AL fig. - tussenstap, positie of middel waarvan men zich bedient om een bepaald doel te bereiken; Anton Geesinks judocarrière was een springplank naar zijn functies als bestuurslid in de sportwereld.