Gepubliceerd op 29-03-2021

Salomo

betekenis & definitie

Beroemdste koning v. Israël, 971-932 v.C., zoon van David; hij verdeelde Israël in 12 prov., waarover koninklijke ambtenaren werden aangesteld, bouwde verschillende vestingen, versterkte vooral Jeruzalem, voerde het gebruik van strijdwagens* in zijn leger in en onderhield daarvoor garnizoenen in wagensteden.

Resten van stallen zijn in Megiddo* gevonden; zij bieden plaats aan ong. 450 paarden; soortgelijke vondsten zijn in Hazor, Tell-el-Hesi en Taënach gedaan, doch deze worden thans later gedateerd. In 1938 ontdekte Nelson Glueck bij Ezeon-Geber a.d. N. kant v.d. Golf van Aqaba een koper-raffinaderij uit de tijd van Salomo. Het meest bekend is Salomo* echter wegens de bouw v.d. Tempel* in Jeruzalem, die hij door een architect uit Tyrus liet ontwerpen.