Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 29-10-2020

zeik

betekenis & definitie

urine.

door de nieren afgescheiden vloeistof, waarin voor het lichaam van mens en dier niet meer bruikbare stoffen opgelost zijn en afgevoerd worden; urine.

Voorbeelden:
Zeik is een bijtend vleesetend vleesverterend zuur. Als ge drie avonden na elkaar in uw broek pist [...], vergaat ge van de pijn en de jeuk en het eczema aan de binnenkant van uw billen. Dan moet ge daar Nivea of Oil of Olaz aan smeren.
J.M.H. Berckmans, Raspoetin gelijk, 1996

Als gevallen van formele aantasting van de eer waren o.a. bekend: Het gieten van water, bier of zeik op iemands lichaam [...]. Aan de haren van iemand trekken of het stompen met de elleboog waren evenals het spuwen en rochelen in iemands gezicht verboden. Het storten van vuiligheid of een kreng leggen voor de deur van een geviseerd slachtoffer werd eveneens bestraft. De prijs hiervoor was meestal een bedevaart of boete.
http://users.pandora.be/ludo.verhaert/koeriertjes/mrt2002.htm, maart 2002