Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

zeeschip

betekenis & definitie

zeewaardig schip.

schip gebouwd om op zee te varen; zeewaardig schip.

Voorbeelden:
Artikel 1 lid 2 onder c Scheepvaartverkeerswet definieert een zeeschip als een schip dat blijkens zijn constructie uitsluitend of in hoofdzaak is bestemd voor de vaart ter zee.
http://www.kvnr.nl/download/loodsennota_kaal.pdf, 1997

Kranen tillen in een sierlijke dans de containers van de treinen, zetten die op vrachtwagens, of halen ze weer uit binnenvaartschepen, of juist in zeeschepen, er rijden onafgebroken heftrucks van links naar rechts en van rechts naar links.
http://www.groene.nl/1997/30/jn_maasvlakte.html, 1997

De grondstoffen uit zeeschepen worden meestal rechtstreeks overgeladen in rivierschepen, maar ook in vrachtwagens of treinen, en naar de mengvoerindustrie getransporteerd.
http://www.google.nl/search?q=cache:qB3my5bbreEJ:www.lei.wageningen-ur.nl/publicaties/PDF/2002/5_xxx/5_02_13.pdf+collecteurs+site:.nl=nl=lang_nl, 2002

Binnenkort beslist de Tweede Kamer over het zogenoemde wijzigingsvoorstel Havensleepdiensten, waar het ministerie twee jaar over heeft gedacht. Het gaat om een goede arbeids- en rusttijdenregeling voor de ongeveer 750 slepers die zeeschepen de zeehavens in- en uittrekken.
De Telegraaf, 2000

Volgens het Centraal Bureau Rijn- en Binnenvaart kunnen de grootste binnenvaartschepen al bijna 300 containers met een totale inhoud van 400 TEU (twenty feet equivelant unit) vervoeren. Want evenals in de zeescheepvaart geldt ook hier het devies steeds groter. Maar voor zeeschepen ligt bij 6000 TEU de kritische grens. Anders krijg je problemen met de voortstuwing.
NRC, 1995