iemand die afreist om te fietsen.
iemand die ter ontspanning of recreatie afreist naar een bepaalde plaats of een bepaald land om daar te wielrennen of te fietsen, meestal om wat langere tochten te maken.
Voorbeelden:
Anderen (geoefende fietsers, wielertoeristen) pleiten voor langere routes of combinaties van routes.
http://www.fietsvlaanderen.be/Default.asp?pageurl=./Vademecum/Vademecum.asp, 2001
's Zomers krioelt het er van trimmers en renners die langs het Simpson-monument willen fietsen en sinds enkele jaren bestaat er zelfs een monsterrit Brugge-Ventoux voor wielertoeristen, waar meer dan honderd mensen aan meedoen.
Tim Krabbé, 43 Wielerverhalen, 1984
Op het dorpsplein van Kwaremont staan wielertoeristen hun losse kuitspieren uit te schudden na de beklimming.
De Standaard, 1996
