Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

voetganger

betekenis & definitie

verkeersdeelnemer te voet.

iemand die zich te voet in het verkeer begeeft; iemand die lopend aan het verkeer deelneemt; verkeersdeelnemer te voet.

Voorbeelden:
Bij een aanrijding tussen een bromfietser en een voetganger in de buurt van dancing The Max raakte een echtpaar zwaargewond.
De Standaard, 1996

Vanaf 1 april moeten de autorijders altijd vertragen aan een zebrapad en volstrekte voorrang verlenen aan voetgangers die via een zebrapad de straat oversteken, of op het punt staan dat te doen.
De Standaard, 1996

Wij menen dat voetpaden voor de voetgangers bestemd zijn. Skeelers moeten hun geliefde sport kunnen uitoefenen op daarvoor bestemde pleinen.
De Standaard, 1996

De fabrikanten weten volgens de ANWB best hoe de auto's voetgangerveilig kunnen zijn, maar ze besteden nog steeds meer aandacht aan de veiligheid van inzittenden. Elk jaar sterven in Nederland 130 voetgangers in het verkeer, in heel Europa zijn dat er 9000.
NOS Nieuws, 2001