Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

vliegtuig

betekenis & definitie

luchtvaartuig.

vervoermiddel dat zich door de aërodynamische liftkracht van vaste vleugels door de lucht verplaatst onder aandrijving van een of meer motoren, of bij een motorloos ontwerp louter door zijn zweefvermogen; luchtvaartuig; toestel.

Voorbeelden:
Doordat de vleugel licht schuin staat ten opzichte van de vliegrichting wordt de luchtstroom afgebogen, en ontstaat er een reactiekracht in opwaartse richting, de zogenaamde lift. Er is nog een secundaire liftkracht door de aerodynamische vorm van de vleugel (de vleugel is aan de bovenkant gebogen en buigt daardoor de luchtstroom naar beneden af); hierdoor is de snelheid van de luchtstroom over de bovenkant van de vleugel groter dan die over de onderkant en ontstaat aan de bovenkant van de vleugel een onderdruk (het principe van Bernoulli) die een kracht in opwaartse richting veroorzaakt. Deze beide krachten compenseren de zwaartekracht die ook op het vliegtuig inwerkt. Zolang het vliegtuig voldoende snelheid heeft blijft het in de lucht, want de lift is recht evenredig met het kwadraat van de snelheid.
https://sites.google.com/site/jaapwilmink/1e-leerjaar/module-1-4/professionele-ontwikkelingslijn/college-beladen-vliegtuigen, 2011