Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

trekzak

betekenis & definitie

trekharmonica.

muziekinstrument dat bestaat uit twee kasten met knoppen aan de buitenkant en binnenin tongplaten die verbonden zijn door een uittrekbare blaasbalg die bestaat uit rechthoekige segmenten van dezelfde grootte, en dat als zodanig lijkt op een accordeon maar dat in tegenstelling tot dat instrument diatonisch is; trekharmonica.

Voorbeelden:
Er volgde nog een tweede lied, en een derde, en een vierde, en een vijfde, allemaal met ongeveer dezelfde strekking voor zover hij ze begreep waarna de muziek met een lange haal van de trekzak tot zwijgen kwam.
J.J. Voskuil, Het Bureau. Dl. 6: Afgang, 2000

Valt er toch een gat, dan vult olijke dorpsmuzikant Gerhard het met zijn trekzak op.
De Standaard, 1996

Of rond een liedjeszanger, die hen met behulp van zijn trekzak de triestige ballade leerde zingen die zijn vrouw hun eerst verkocht had, waarna ze de staminees introkken voor hun wekelijks partijtje kruisjassen of whisten of biljarten.
Robin Hannelore, Memoires van een kerkuil, 1979

Daarnaast heb je de 'biniou koz', een doedelzak met één drone, een oktaaf boven de bombarde, de 'biniou braz', een doedelzak die je misschien het best kan omschrijven als een aangepaste Schotse doedelzak, de treujenn-gaol (klarinet), telenn (harp), viool, trekzak, draailier, en door de sterke Ierse invloeden sinds de jaren '50 ook fluit, bouzouki, bodhran en uillean pipes.
http://jmveillon.net/pages/loes_bakker_dutch.html, 2000

< >