Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

treinconducteur

betekenis & definitie

conducteur op een trein.

iemand die voor zijn beroep met een trein meereist en bevoegd is om onder meer het vertreksein te geven, reistickets te controleren en die reisinformatie omroept; conducteur op een trein.

Voorbeelden:
Sinds ze haar hoofd had kaalgeschoren, en de jurken en schoenen droeg waarin haar mama haar concerten gaf, werd ze om de haverklap tegengehouden. Politieagenten wilden haar identiteitskaart zien, bus- en treinconducteurs controleerden haar reiskaartje, winkeldetectives fouilleerden haar.
Kristien Hemmerechts, De kinderen van Arthur, 2000

'Treinconducteur moet geen politie zijn' [...]. Sinds april mogen ze, als ze in het bezit zijn van een diploma bijzonder opsporingsambtnenaar (Boa), lastige reizigers fouilleren, aanhouden en overbrengen naar de plaats van verhoor. Tot dan toe was die taak voorbehouden aan de politie. De NS is echter helemaal niet blij met de ongevraagde uitbreiding, omdat de politie nu minder bereid is assistentie te verlenen.
http://www.fnvspoor.nl/modules.php?op=modload&name=News&file=article&sid=5669&newlang=&topic=5&catid=0, 2010

De politie heeft woensdag een 28-jarige Westzaner aangehouden wegens het slaan van een treinconducteur. De conducteur gaf de man een bekeuring omdat hij rokend én zonder geldig plaatsbewijs in de trein zat [...]. De man was het hier niet mee eens en haalde uit naar de conducteur.
http://www.noordhollandsdagblad.nl/nieuws/stadstreek/zaanstreek/article5290425.ece/Klappen-voor-treinconducteur, 2009

Het treinverkeer in Wallonië was vandaag verstoord door een staking van de treinconducteurs in de remises van Aarlen, Namen, Ottignies, Hoei, Ath en Bergen.
http://www.deredactie.be/cm/vrtnieuws/binnenland/1.779604, 2010