dobbelsteen.
kleine kubus met veelal afgeronde hoeken, die men werpt bij kansspelen en die op elke zijde een verschillend aantal stippen heeft dat oploopt van één tot zes; dobbelsteen.
In NN vooral nog in gebruik in de onderstaande verbinding.
Voorbeelden:
We leren op het voortgezet onderwijs toch ook niet dat de mannen een rib minder hebben dan vrouwen? In de aardrijkskundeles wordt toch niet geleerd dat de aarde plat is, of dat de zon beweegt en op commando stilstaat? In de economieles zijn er toch andere eenheden dan zilverlingen en teerlingen?
NRC, 1995