Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

Meppelse

betekenis & definitie

vrouw uit Meppel.

vrouw die afkomstig is uit Meppel; inwoonster van Meppel.

Voorbeelden:
Het fonds heeft inmiddels besloten dat de gedupeerde Meppelse niet meer dan 6000 gulden krijgt.
Meppeler Courant, 1993

De eerste set was voor Josien met 6-1. Ook in de tweede set was de Meppelse met aanvallend spel te sterk voor Natasja.
Meppeler Courant, 1996

De Meppelse en haar acht maanden oude dochtertje raakten gewond en moesten in het ziekenhuis worden opgenomen.
Meppeler Courant, 1995

De kostganger zou met Alie willen trouwen en om dat mogelijk te maken, stond Jan Kleine in de weg. De Meppelse had ook nog verklaard dat ze haar man alleen maar goed ziek had willen maken.
Meppeler Courant, 1993

In de leeftijdsklasse tot en met 10 jaar won de Meppelse Miriam de Vries de finale.
Meppeler Courant, 1994

Marja Strijker had in haar enkelspel geen enkele kans tegen de Meppelse Franciska Brinks; 4-6, 1-6.
Meppeler Courant, 1994

Een 89-jarige Meppelse hoorde vorige week dat er voor het bejaardentehuis waarin ze woont, een taxi stond te wachten, die voor transport naar haar dochter in Kampen zou zorgen.
Meppeler Courant, 1995

Een 28-jarige Meppelse verleende bij de kruising met de weg naar Havelte voorrang.
Meppeler Courant, 1993

De vrouw heeft op 29 juli 1994 in haar woonplaats een ongeluk veroorzaakt met dodelijke afloop. Bij het afslaan had ze een tegemoetkomende motorrijder niet gezien. De Meppelse denkt dat ze verblind werd door de zon. De motorrijder zou ook te hard gereden hebben.
Meppeler Courant, 1996

Zelf kon de Meppelse geen motief geven voor de moord op haar man.
Meppeler Courant, 1993

< >