Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

medeplichtig

betekenis & definitie

medeschuldig.

in strafrechtelijke zin: schuldig aan opzettelijke behulpzaamheid bij het plegen van een misdaad of wanbedrijf, waarbij de hulp echter als bijkomstig, niet-noodzakelijk wordt aangemerkt, in tegenstelling tot onmisbare hulp die tot mededaderschap leidt; in algemeen taalgebruik ook: medeschuldig aan een misdaad, wantoestand enz., veelal met de bijgedachte dat men niet de hoofddader of de belangrijkste veroorzaker is.

Voorbeelden:
Mededader zijn zij die zodanige hulp hebben verleend dat de misdaad of het wanbedrijf zonder hun bijstand niet had kunnen worden gepleegd. Medeplichtig zijn zij die onderrichtingen hebben gegeven om de misdaad of het wanbedrijf te plegen of zij die wetens willens de dader hebben geholpen of bijgestaan in daden die de misdaad of het wanbedrijf hebben voorbereid, vergemakkelijkt of voltooid.
http://www.meritius.be/newsletters/News_januari2006.pdf, 2006

Kindermoorden hebben de passiviteit vervangen door activisme. De gewone burger pikt niet langer alles wat de staat zegt of doet, maar trekt de straat op om de waarheid te te eisen. Daarmee verdwijnt voor de politieke klasse de illusie dat "de wind weer zal overwaaien" [...]. "De politiek" kon gisteren haar gezicht niet laten zien op de tocht van de gewone burgers omdat zij in hun ogen medeplichtig is, zo niet mededader.
De Standaard, 1996

Alin Ghiga is eind juni tot 5 jaar cel veroordeeld voor de brutale roofoverval op de 60-jarige pastoor van Gelmen (Sint-Truiden). Vijf medeplichtige landgenoten kregen ook elk 5 of 6 jaar cel.
De Standaard, 1996

< >