kleine zoetwatervis.
kleine zoetwatervis die sterk lijkt op een jonge brasem, en er alleen maar van onderscheiden kan worden door de wat grovere schubben, de wat stompere snuit en een rode vlek bij de aanzet van de borstvinnen; bliek; blei.
Voorbeelden:
In het natuurreservaat De Blankaart bij Diksmuide werden de voorbije week ongeveer drieduizend snoekjes te water gelaten. Bedoeling is dat de roofvis het teveel aan brasem en kolblei uit de Blankaartvijvers wegvangt. Die witvissoorten worden te talrijk en dreigen zeldzame en interessante vissen als alver en riviergrondel uit het reservaat te verdringen.
De Standaard, 1996
Het kanaal Brussel-Charleroi is bekend voor zijn variatie, zijn karper en zijn grillig karakter. U moet gereed zijn voor een visserij op kleine vis, volle afstand en in de ondiepte. Maar de karper, soms gewoon te groot is er ook. Grote winde en voorn spelen ook mee. De 'platte' en kolblei hebben ook hun stekken. Uw materiaal opzetten is dus duidelijk een eerste moeilijkheid.
http://users.skynet.be/hengelen/cccv/archief/2001/kalender/bk/algemeen.htm
