rijksdaalder.
Voorbeelden:
"Een goede, gediplomeerde stemmer is goud waard, maar je bent nog een jonkie ... je moet eerst maar eens laten zien wat je kunt, ik kan je drie knaken per stembeurt betalen.''
Maarten 't Hart, Het woeden der gehele wereld, 1993
Graait u maar in de bakken. Een gulden per stuk, drie voor een knaak.
Oek de Jong, Opwaaiende zomerjurken, 1982
Elke ochtend, met uitzondering van de zondag, ga ik de deur uit en om zes uur kom ik er weer in. Pakkie brood op zak. Paar knaken in m'n beurs. En wandelen - door Amsterdam, die grote stad.
Simon Carmiggelt, Welverdiende onrust, 1982