hindoeïstische asceet.
hindoeïstische of soefistische asceet die arm leeft en getraind is om beproevingen te doorstaan en daarom ook soms als artiest beschouwd wordt.
Voorbeelden:
In Bombay stond een Indiër urenlang op een been en met een Indiaas vlaggetje in de hand te mediteren voor een zege van zijn ploeg. In Madras baden honderden vrome Hindoes luidruchtig voor een overwinning. In Delhi dansten fakirs op hun spijkerbed en gaven slangenbezweerders hun meest muzikale cobra de vrijheid terug.
http://www.standaard.be/artikel/detail.aspx?artikelid=GKA4KM8E, 16 maart 2004
