Australische loopvogel.
zeer grote en snelle, drietenige, Australische loopvogel met een lange nek, een kleine kop en verhoudingsgewijs grote ogen, die solitair en nomadisch leeft en de regen achterna trekt op zoek naar zaden, bloemen, fruit, knoppen, scheuten, insecten en rupsen.
Voorbeelden:
Emoes zijn de vijand van de boer, omdat ze met het vee om voedsel concurreren en het graan opeten. Deze loopvogel met de onderontwikkelde vleugels kan met een constant tempo van 7 km p/u grote afstanden afleggen. Bij gevaar bereikt hij zelfs een snelheid die 7 keer zo hoog is.
http://www.zie-zoo.nl/emoe.htm, 2004
Vroeger voerde men een regelrechte oorlog tegen deze gevederde oerbewoners die Australië al ca. 80 miljoen jaar bewonen. Tegenwoordig houdt een 1000 km lang hek de emoes er van af om bij droogte in grote getale door het landbouwgebied van Zuid-Australië te trekken. Door aangelegde drinkplaatsen konden ze echter ook nieuwe gebieden veroveren. Ze zijn daardoor niet bedreigd in hun voortbestaan.
http://www.zie-zoo.nl/emoe.htm, 2004
