Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

date

betekenis & definitie

afspraakje.

afspraak met iemand, meestal met de bedoeling dat hieruit een liefdesrelatie voortvloeit; afspraakje met een mogelijke partner; afspraakje.

Voorbeelden:
Een kwart van de ondervraagde vrouwen heeft wel eens een date gemaakt via het web.
News.nl, 2000

Ik heb vanavond een date en nou ben ik toevallig heel erg blut.
Simone Duwel, Westenwind, 2001

Tegen het einde van de aflevering selecteren de vrouwen een van de mannen en spreken ze af voor een date.
De Morgen, 2003

Toms publicist vertelt dat Penelope en Tom er een aantal dates op hebben zitten.
ANP, 2001