chef-kok.
kok die leiding geeft aan een professionele keuken, bijvoorbeeld in een horecagelegenheid, cateringbedrijf of zorginstelling; hoofd van een professionele keuken; chef-kok.
Voorbeelden:
We willen luxe en vinden die in Motel Le Capricorne - Tuleari ligt op de kreeftskeerkring. Nou ja, luxe. Er zijn gewoon een bed met schone lakens, een douche en een wc. 3.30 p.m.: het regent nog altijd [...]. De chef de cuisine mompelt iets over 'el niño', want de regen is absoluut ongewoon voor Tuleari.
Kristien Hemmerechts, Een jaar als (g)een ander, 2003
'Wat is meer genieten dan lekker eten, cocktails drinken en gezelligheid?,' moeten gastheer Melle en chef de cuisine Jeordy van Eetwinkel Geniet in Utrecht hebben gedacht.
http://www.telegraaf.nl/vrouw/eten_drinken/20029189/__Smaaksensaties__cocktails_en_gezelligheid__.html, 15 februari 2012
De maître d'hôtel zorgde voor de dagelijkse voedselvoorziening, de aanschaf van huishoudelijke benodigdheden, de onderhouds- en reparatiewerken. Hij plaatste bestellingen, onderhandelde met leveranciers en commandeerde de andere bedienden. In de keuken zwaaide de chef de cuisine de plak.
http://www.standaard.be/artikel/detail.aspx?artikelid=DEXA21022004_002, 21 februari 2004
