voor een geldwaarde die lager is dan de nominale waarde vermeld op betreffende munt of waardepapier; onder de nominale waarde.
Voorbeelden:
Obligaties kunnen worden uitgegeven a pari (uitgifteprijs = nominale waarde; de inschrijver betaalt de volle prijs: 100 % van de nominale waarde); beneden pari (uitgifteprijs ligt onder de nominale waarde, het verschil tussen beide is de uitgiftepremie, die in feite het rendement voor de belegger verhoogt); of boven pari (de belegger betaalt voor de obligatie meer dan de nominale waarde).
http://www.abb-bvb.be/gen/downloads/ADbeleggingsinstrumenten.pdf, 2002