Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

ambulance

betekenis & definitie

ziekenwagen.

voertuig dat snel medische hulpverleners naar een in nood verkerende zieke of gewonde vervoert en de patiënt vervolgens naar het ziekenhuis brengt; ziekenwagen; ziekenauto.

Voorbeelden:
Nog geen tien minuten later stopte de ambulance op de plaats van het ongeluk. De twee hulpverleners sprongen uit hun voertuig, namen het koffertje met reanimatiemateriaal en renden naar het levenloze slachtoffer.
http://www.patricklagrou.be/06TmainSK.htm

Van Engelen weet wat er gebeurde. "De ziekenauto kreeg voorrang van een automobilist op een kruispunt. Helaas kwam er van achter de wachtende auto een andere wagen aanrijden. Of deze de ambulance niet had gezien of gewoon niet wilde wachten, is niet duidelijk."
Reformatorisch Dagblad, 2003

De fietsambulances zijn toegerust met zwaailichten, sirenes en defibrilatoren, die het hart via een elektroshock weer op gang kunnen helpen bij een hartstilstand. De fietsambulance wordt samen met de gewone ambulance op pad gestuurd na noodoproepen in het centrum van Londen.
ANP, 2002

In ons land hebben ambulances gemiddeld 8 tot 12 minuten nodig om de plaats te bereiken waar dringende hulpverlening moet geboden worden.
De Standaard, 1996

Aan de Tegelrijstraat in Nieuwerkerken is de 68-jarige Maria C. uit Stevoort maandagmiddag om 14 uur ernstig gewond geraakt nadat ze op haar fiets werd aangereden door een motor [...]. De buren verwittigden meteen de hulpdiensten die met twee ambulancen ter plaatste gingen.
http://www.nieuwsblad.be/article/detail.aspx?articleid=AP3OAA5L, 3 april 2012