vrouwelijke acrobaat.
vrouw die voor haar beroep in een circus of ander artiestengezelschap lichamelijke kunsten, zoals sprongen, salto's, radslagen of trapezeacts, vertoont om een publiek te vermaken; vrouwelijke acrobaat.
Voorbeelden:
Ik zie een acrobate op een touwladder hoog in de nok van een circustent.
Kristien Hemmerechts, Alle verhalen, 2001
En zoals een acrobate na lange training achteloos een salto draait, zo krijgt Lowe's muziek uiteindelijk vleugels.
NRC, 1995