Tonus betekent letterlijk spierspanning.
Het verwijst naar de lichte, voortdurende spanning in een spier, zelfs als die niet actief wordt gebruikt. Die basale spanning zorgt ervoor dat de lichaamshouding stabiel blijft en men klaar is om te bewegen.
Er zijn twee soorten contexten waarin het woord vaak voorkomt:
* Medisch/fysiologisch: Bijvoorbeeld bij baby's of bij neurologische aandoeningen – “De baby heeft een goede tonus” betekent dat de spierspanning normaal is.
* Algemener taalgebruik: Soms gebruikt men het figuurlijk, zoals “een gespannen tonus in het lichaam door stress”.