(bodemk.) zijn gronden, welke een overgang vormen tussen twee bodemkundige eenheden. Soms gaan de bodemk. eenheden zo geleidelijk in elkaar over, dat een vrij groot gebied gekenmerkt wordt door groncien, welke naar aard en samenstelling een overgangspositie innemen.
In allerlei bodemreeksen en bodemtypen kunnen overgangen voorkomen. Men beschouwe hen steeds i.v.rn. de eenheden, waartussen de overgang wordt gevormd.