Men onderscheidt de directe en de indirecte o. Onder de directe o. verstaat men de prijs, die een goed opbrengt, als men het verkoopt.
Dit is dus de verkoopwaarde. Verkoopt men het goed echter niet, maar gebruikt men het, dan levert het in de loop der tijden een reeks diensten, die wij vaak (direct of indirect) te gelde kunnen maken (vb.: een huis; de dienst die het verricht als woning kan men te gelde maken door het te verhuren). Deze reeks toekomstige opbrengsten kunnen wij herleiden tot één huidig bedrag (z. Kapitaliseren). Deze contante waarde van de toekomstige opbrengsten van de diensten van een goed noemt men de indirecte o. van dat goed. Bij de berekening van de o. van landbouwgronden moet men ingevolge de Wet op de Vervreemding van Landbouwgronden uitgaan van de nettopachtwaarde en deze voor landbouwgronden kapitaliseren naar gemiddeld 3 % : voor tuinbouwgronden moet naar 5% worden gekapitaliseerd.