is het bedrag in geld, dat de arbeider als beloning voor zijn diensten ontvangt. Daarnaast ontvangen vele arbeiders, vooral de vaste, enig loon in natura (z.
Emolument).Men kan ook het g. stellen tegenover het reële loon. G. geeft dan aan de hoeveelheid geld, welke de arbeider ontvangt, terwijl het reële loon aangeeft, wat hij voor dat geld kan kopen. Het laatste is uiteraard het belangrijkste. Na een devaluatie en nog sterker bij inflatie, stijgt in de regel het g., doch de daling van de koopkracht van het geld overtreft in de regel de stijging van het g., zodat het reële loon achteruitgaat.