In verhouding tot de besproeide oppervlakte geven g. meestal vrij veel water (25 mm per uur). Men doet daarom goed op zware gronden een type te nemen, dat minder water geeft.
G. zijn erop berekend, dat ze reeds met een vrij geringe overdruk van ca 2 atm. een vol sproeibereik hebben. De kop is meestal zelfdraaiend. Ook wordt wel een broes op een pijp als g. gebruikt (z. Besproeien).