meer bekend als Mauritius-hennep, wordt gewonnen uit de bladeren van één van de vele var. van het gesl. F. (z.
Fourcroya). Deze var. komen in Centr. en Z. Am. in het wild voor. Slechts op Mauritius wordt dit vezelgewas in cultuur gebracht. Het verwerken van de geoogste bladeren geschiedt gewoonlijk in handenarbeid of d.m.v. raspadoors. de vezel behoort tot de harde touwvezels, maar wordt lager gewaardeerd dan de sisal- of hennequen-vezel om zijn mindere sterkte en voorn, verwerkt voor bindertwine en zakken.