Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 17-11-2021

Exportgewas

betekenis & definitie

Gewas, waarvan de producten in hoofdzaak of geheel bestemd zijn voor uitvoer. Zo zou men blauwmaanzaad, karwij en ten dele ook vezelvlas als exportgewassen kunnen beschouwen.

Ook de trop. landb. kent veelal enkele opvallende e., in tegenstelling tot degene, die ter plaatse hun bestemming vinden. Het komt ook voor, dat sommige in Ned. geteelde producten in het geheel niet in het binnenland mogen worden afgezet, nl. zaaizaad en pootgoed van z.g. exportrassen van enige gewassen. In de Beschrijvende Rassenlijst voor Landbouwgewassen 1951 worden in een Bijlage enige tientallen van deze rassen beschreven, b.v. de aardappelrassen Allerfrüheste Gelbe en Katahdin en het vlasras Rembrandt. Deze rassen komen niet voor teelt in het groot in Ned. in aanmerking, doch zolang er elders vraag bestaat naar het in ons land geteerde zaaizaad en pootgoed van deze rassen kunnen ze, alleen voor dat doel en onder bepaalde voorwaarden, hier geteeld worden.In de Ned. tuinb. worden voor uitvoer naar het buitenland o.a. geteeld: bloembollen, tomaten, komkommers, druiven, snijbloemen, boomkwekerijproducten en tuinbouwzaden.

De te exporteren bloembollen moeten aan bepaalde handelsvoorwaarden voldoen. Naast grootte, vrij van ziek zijn e.a. voorwaarden, moeten de bollen geschikt gemaakt worden voor de uiteindelijke bestemming, zoals b.v. forceerdoeleinden, verzending naar het Z. halfrond. Dit wordt verkregen door de bollen tijdens de z.g. rustperiode in de schuur aan een bepaalde behandeling te onderwerpen.

< >