Een witkoppig, langwollig schapenras, dat zijn naam te danken heeft aan zijn plaats van oorsprong de Cheviot-heuvels, die op de grens tussen Eng. en Schotl. voorkomen. De wol komt in kwaliteit ongeveer met die van het Texelse schaap overeen en wordt, al of niet gemengd met andere wol, vooral gebruikt voor de productie van Schotse tweed-stoffen.
Naast wol levert de C. natuurlijk ook vlees. Met het oog hierop worden in Groot-Brittannië veel kruisingen met meer vroegrijpe kortwolligc rassen toegepast. en aldus ontstane F1-Iammeren worden dan voor de productie van lamsvlees bestemd.