ontstaan door mechanische beschadiging van de zaden door dorsen, reinigen, ritsen of enige andere bewerking. Er zijn talrijke soorten en graden van beschadiging, waarvan sommige onherroepelijk het verlies van 'kiemkracht tengevolge hebben, zoals die, waarbij delen van het worteltje of stengeltje zijn weggeslagen, of waarvan een belangrijk deel van de zaadhuid is weggeslagen en stukken van de zaadlobben zijn verdwenen, of die bij dorsen of ritsen zodanig in de klem hebben gezeten, dat ze volkomen van de zaadhuid ontdaan zijn of dat de zaden langs de rugzijde een barst hebben gekregen.
In andere gevallen is het zaad slechts in de klem gekomen, waardoor barsten en spleten in de zaadhuid zijn ontstaan, vaak gepaard gaande met kleine afbrokkelingen van de zaadlobben. Daarbij komen alle overgangen voor van nauwelijks met het blote oog of loupe waarneembare barstjes tot diepe kloven in de zaadhuid en zaadlobben. Een typisch verschijnsel daarbij is het zijdelings openspringen van de zaadhuid.