een jong uitvloeiingsgesteente van gabbro, behorend tot de alkaligroep, d.w.z. het gehalte aan kiezelzuur is relatief gering, waardoor het gesteente basisch heet, in tegenstelling tot b.v graniet, dat zuur genoemd wordt door een hoog kiezelzuurgehalte.
Het is een zeer donker uitziend gesteente, waarvan de grondmassa uit plagioklaas en pyroxeen bestaat. Typisch is de door de verwering ontstane, bruine korst om het gesteente. B. komt zeer veel voor en door de grote vloeibaarheid van bazaltlava zijn uitgestrekte vlakten met een bazaltlaag bedekt, welke lagen door bij de afkoeling optredende krimpscheuren worden tot een samenstel van bazaltzuilen, waarvan dwarsbrokken gebruikt voor bestrating en golfbrekers.