Straat- en straatarm waren ze in de 19de eeuw in Noordwolde. Maar riet was er in overvloed. Velden vol. Daaruit groeide het idee om in het dorp een school te stichten, waar kinderen het eerlijke ambacht van rietvlechter konden leren. Het werd een succes. Er werden niet alleen rieten manden en rieten meubelen gemaakt. Nieuwe materialen deden hun intrede. Zo groeide Noordwolde uit tot het rotancentrum van Nederland. De rietvlecht- en rotanindustrie floreerde zo goed, dat er zelfs een spoorlijn werd aangelegd om de meubelen en andere producten af te voeren.
Nadat Indonesië, de belangrijkste producent van rotan, de uitvoer van de ruwe grondstof verbood (er mochten alleen nog maar kant-en-klare rotanproducten worden geëxporteerd), gooide Noordwolde het roer om. De nadruk kwam te liggen op handel en design. Nog steeds zijn er tal van rotanwinkels te vinden. In de voormalige Rietvlechtschool, die tot 1967 in gebruik was, bevindt zich sinds augustus 2000 het Nationaal Vlechtmuseum. Het is het enige in zijn soort en toont een verzameling vlechtobjecten (ook uit Indonesië), vlechtgereedschap, foto's en documenten. Er zijn presentaties over de geschiedenis van de rietvlecht- en rotanindustrie in Noordwolde. In een gerestaureerd vlechtlokaal geven ambachtslieden regelmatig demonstraties. Adres: Manauplein 1.