In de Gouden Eeuw was Hellevoetsluis de thuisbasis van de Hollandse oorlogsvloot en van de zeehelden Michiel Adriaanszoon de Ruyter, Maarten Harpertszoon Tromp en Piet Heyn. In het marinecomplex in de vesting bevindt zich het eerste zeedok in de wereld. Het beschikt nog steeds over zijn schipdeur, een soort boot die men als dokdeur liet zinken en drijven.
TIP: De aanwezigheid van de marine in Hellevoetsluis duurde tot 1935. In de stad zijn nog tal van herinneringen aan de oude oorlogshaven en de 17de- en 18de-eeuwse versterkingen terug te vinden. In het voormalige logement van de Hollandse Admiraliteit zetelt tegenwoordig het gemeentebestuur. Het gerestaureerde droogdok Jan Blanken (uit 1806) werd een toeristische attractie. Bezoekers kunnen er afdalen in de 320 meter lange gangen (aquaducten), waarmee vroeger het waterniveau in het dok werd geregeld. Adres: Industriehaven 50.
Hellevoetsluis keert tijdens de jaarlijkse Vestingdagen (in de derde week van augustus) terug naar het roemrijke verleden. Vast onderdeel van de festiviteiten is een van de grootste stoomevenementen van Nederland.
In een van de voormalige gebouwen van de Koninklijke Marine vond het Nationaal Brandweermuseum een onderkomen. Het bezit de grootste collectie brandweermateriaal van Nederland van 1600 tot heden. Te zien zijn handpompen, stoom- en motorspuiten, uitrustingsstukken, reddingsmiddelen en een complete alarminstallatie. Adres: Industriehaven 8.
