(Au, van Lat. aurum = goud), een geelgekleurd edel metaal (van de metalen hebben alleen goud en koper een kleur). Het is tamelijk zacht, daarom maakt men er legeringen van (b.v. met koper of zilver), die harder en daarom sterker zijn.
Het is het meest pletbare metaal: het kan tot een dikte van 1/8000 mm uitgewalst worden (bladgoud). Het rode goudrobijnglas bevat zeer kleine (colloïdale) gouddeeltjes. Bladgoud laat diffuus groen licht door. Goud is een vrij zeldzaam element, dat in kleine stukjes in gesteenten (goudaders) en in zand voorkomt. Uit zand kan het, b.v. met kwik, gewassen worden. Men vindt het vooral in Zuid-Afrika, Noord-Amerika, Australië en de Sovjetunie.