een met woord of daad bewuste schennis van de goddelijke majesteit. In het Oude Testament staat op het lasteren van de naam van God de doodstraf (Lev. 24:16).
Bij de wet is in ons land het moedwillig verstoren van de openbare eredienst verboden; ook is openbare godslastering verboden, hoewel in de moderne tijd, nu God voor velen een onbekende is, dit niet meer als een wetsovertreding wordt gevoeld.