Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

Gepubliceerd op 24-03-2021

Darm

betekenis & definitie

het gedeelte van het darmkanaal waarin het voedsel geschikt gemaakt wordt voor de opname en het onverteerde voedsel wordt uitgescheiden. Bij de gewervelde dieren en de mens reikt de darm van de maag tot de anus.

Bij de volwassen mens is hij ongeveer negen meter lang. De delen zijn: 1. de twaalf vingerige darm. Daarin monden uit de afvoerkanalen van de lever en de buikspeekselklier. Hij is zo lang als twaalf vingers breed zijn;
2. de dunne darm. Hij is rijk aan klieren die spijsverteringssappen of slijm afscheiden. Met kleine vlokken zuigt hij het verteerde, in water oplosbare voedsel op;
3. de dikke darm. Hij bestaat uit de blindedarm met het wormvormig aanhangsel (appendix), de karteldarm met een opstijgend, een dwarslopend en een afdalend gedeelte, en de endeldarm, waarlangs de afvalprodukten het lichaam verlaten. De spierlaag van de darmwand produceert golfvormige samentrekkingen (peristaltiek), die zorgen voor het vervoer van de darminhoud.