[kamu'], Albert (1913-1960), een in Algerije geboren Franse schrijver. Zijn bekendste romans zijn „L’Etranger” (De vreemdeling), „La Peste” (De pest) en „La Chute” (De val); de voornaamste toneelstukken zijn „Caligula” en „Les Justes” (De rechtvaardigen).
In 1957 kreeg Camus de Nobelprijs voor letterkunde. Het aanvankelijke hoofdthema in zijn werk was de absurditeit van de wereld en van het menselijk bestaan, waardoor de passieve machteloosheid overheerste. In de tweede periode kwam Camus tegen deze absurditeit in opstand en ontdekte zo de eigen waardigheid van de mens en de solidariteit tussen de mensen onderling, waarbij de offerbereidheid en de moed sterk op de voorgrond traden. In de derde periode ging de liefde overheersen, doch een auto-ongeluk maakte een einde aan Camus’ leven. Hij schreef een nuchtere, krachtige stijl, vaak bitter en keihard, maar nooit gemeen.