Belgische vluchtelingen - In de herfst van 1914 werd A., ondanks de neutraliteit van Nederland, geconfronteerd met de gevolgen van de Eerste Wereldoorlog. Vanwege het bombardement op Antwerpen gevlucht en door de opmars van het Duitse leger voortgejaagd, trokken op 7 oktober en de volgende dagen bijna een miljoen Belgische vluchtelingen de grens over. Hiervan kwamen er 30.000 per trein in A. aan. Enige duizenden werden meteen naar andere gemeenten overgebracht, maar een groot aantal moest ter plekke onderdak worden geboden. Na enkele particuliere initiatieven zag het gemeentebestuur in dat de opvang van deze vluchtelingen beter gecoördineerd moest worden en zo werd er een Centrale Commissie gevormd.
Een van de besluiten was de vluchtelingenopvang te concentreren in enkele loodsen aan de IJ- en de Oostelijke Handelskade. Hier verbleven in december 1914 zevenduizend vluchtelingen. De winterkou maakte dit tot een onaanvaardbare toestand, de loodsen werden ontruimd en de meeste vluchtelingen werden doorgestuurd naar een opvangcentrum in Nunspeet. Tussen 21 oktober 1914 en 31 december 1916 werden in A. totaal 26.174 vluchtelingen opgevangen en geholpen. Hiervan vertrokken er uiteindelijk 18.178 naar België, 2.629 naar Engeland en 5.367 Belgen werden naar andere plaatsen in Nederland gedirigeerd.
LIT. H. de Bles, Amsterdam in mobilisatietijd, O.A. 1989, 180.