Gepubliceerd op 18-08-2020

Halzen (zeilvaart)

betekenis & definitie

Gijpen. Het zeil naar den tegengestelden kant van het schip laten omslaan.

Wanneer men van den wind zeilt (dus den wind schuin van achteren heeft) en het schip wordt dan gewend, zoodat de wind van de andere zijde in het zeil blaast, dan moet men halzen (gijpen). Bij frisschen bries is het halzen gevaarlijk, omdat het zeil daarbij met geweld kan omslaan. Wanneer men het grootzeil eerst kat (de onderste voorhoek, de hals van het zeil ophijscht), vangt het zeil minder wind en is het halzen minder gevaarlijk. Zie bij gijpen.