Gepubliceerd op 01-11-2017

toedoen

betekenis & definitie

toedoen - Werkwoord
1. (ov) dichtdoen, sluiten
Hij deed de deur toe.
Ik heb geen oog toegedaan vannacht.

toedoen - Zelfstandignaamwoord
1. handelingen, acties
Door zijn toedoen belandde iemand in het ziekenhuis.
Hij is niet gestorven door menselijk toedoen.
2. door ~ van: door de schuld van, veroorzaakt door
Enkele demonstranten kwamen om door toedoen van het leger.

Woordherkomst
samenstelling van toe(bijwoord) en doen(werkwoord)