Gepubliceerd op 01-11-2017

tempel

betekenis & definitie

tempel - Zelfstandignaamwoord
1. (religie) een gebouw voor godsverering
Heb je de tempel al gezien die ze hier in de buurt aan het bouwen zijn?

tempel - Werkwoord
1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tempelen
♢ Ik tempel
2. gebiedende wijs van tempelen
tempel!
3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tempelen
tempel je?