Gepubliceerd op 01-11-2017

tape

betekenis & definitie

tape - Zelfstandignaamwoord
1. plakband bijv. isolatietape, afplaktape, sellotape, sporttape
2. magneetband van een opnameapparaat bijv. audiotape, cassettetape, filmtape, mastertape, videotape
3. papieren strook bij een telegrafisch apparaat, ticker-tape
4. telegrafisch koersbericht onder beurstijd, tickertape