Gepubliceerd op 04-12-2017

neut

betekenis & definitie

neut - Zelfstandignaamwoord
1. een glaasje sterke drank
Hij had een paar neutjes op en toch klom hij achter het stuur.
2. (bouwkunde) een blokje van natuursteen of hout waarop een kozijnstijl rust
De houten neuten waren totaal verrot en zouden vervangen moeten worden.
3. (bouwkunde) uit een muur vooruitstekend deel waarop een balk kan rusten
blokje of rol om het verschuiven van een samenstel van balken, ijzers of stukken hout te verhinderen
4. (techniek) uitstekend deel, neusstuk
5. klein (oud) vrouwtje (zie ook lepeneut)

Synoniemen
[1] borrel
[2-3] neusstuk