kribbebijter - Zelfstandignaamwoord
1. (dierkunde) een ezel of paard met de ondeugd om aan de voerbak of staldeur te knagen
♢ Geef het paard geen suikerklontjes, anders wordt het een kribbebijter.
2. (psychologie) een chagrijnig persoon die met iedereen overhoop ligt
♢ Is er nu alweer heibel met die griet, wat is het toch een '''kribbebijtster.
Woordherkomst
Samengesteld uit "krib(be)" en "bijter"
Naamwoord van handeling van kribbebijten met het achtervoegsel -er
Synoniemen
[2] kibbelaar, krib, kribbekat, ruziemaker
Antoniemen
[2] vleien
Verwante begrippen
[1] weven, [2] depressie, gekrakeel, heibel, kibbelziek, ruzie. sfeer, stemming
Gepubliceerd op 04-12-2017
kribbebijter
betekenis & definitie