knak - Zelfstandignaamwoord
1. kort, droog geluid van iets dat breekt (knakt)
2. breuk, waarbij de delen blijven samenhangen
3. beschadiging, schade
4. sigaar met een knik erin en een spitse punt, bolknak
knak - Werkwoord
1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van knakken
♢ Ik knak
2. gebiedende wijs van knakken
♢ knak!
3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van knakken
♢ knak je?
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk
Bronnen
Bronnen: