Gepubliceerd op 04-12-2017

ketting

betekenis & definitie

ketting - Zelfstandignaamwoord
1. een aaneengesloten reeks van gelijksoortige elementen, feiten, acties, gebeurtenissen etc.
Steeds meer kinderen haakten in en zo ontstond een levende ketting.
2. (techniek) een stevige, maar buigzame verbinding van in elkaar grijpende ringen of achtvormige schakels
Het schip werd aan de ketting gelegd.
3. (techniek), (werktuigbouwkunde) een eindeloze band van schakels met rollen of haken, die over kettingwielen gespannen, kracht overbrengt
De ketting van mijn fiets moet nodig worden gespannen, hij loopt steeds van het kettingwiel af.
4. een snoer bestaande uit een draad die door doorboorde kralen of andere voorwerpen gevoerd is
Zij droeg een prachtige ketting met amethisten.
5. (weverij) schering, de rechte draden waartussen de inslag ingeweven wordt

Uitdrukkingen en gezegden
♦ num=1
het schip is aan de ketting gelegd|gerechtelijke in beslag genomen
♦ num=1
van de ketting zijn|dollen als een losgelaten kettinghond

Synoniemen
[1,2] keten
[3] aandrijfketting, transmissieketting

Verwante begrippen
[1] domino-effect, herhaling, reeks, sliert, sleur, sneeuwbaleffect, [2] D-sluiting, harpsluiting, kabel, schakel, schalm, sluiting, takel, touw, vastlegging, [3] aandrijfriem, cardanas, heftruck, rupsband, sluitschakel, transmissie, [4] halssnoer, rozenkrans