Gepubliceerd op 04-12-2017

grootvader

betekenis & definitie

grootvader - Zelfstandignaamwoord
1. (familie) de vader van een ouder
Na school ging de jongen altijd bij zijn grootvader langs.

Woordherkomst
samenstelling van groot en vader

Synoniemen
opa

Verwante begrippen
grootmoeder, grootouder, kleindochter, kleinkind, kleinzoon