Gepubliceerd op 14-11-2017

fataal

betekenis & definitie

fataal - Bijvoeglijk naamwoord
1. leidend tot een ongelukkig lot, het einde, de dood
Een jaar vertraging is vaak fataal voor de ontwikkeling van een leerling.
In zijn afscheidsrede vertelde de oud-wethouder dat de afrekencultuur hem fataal is geworden.
2. dood veroorzakend, waarbij doden zijn gevallen
De politie is een onderzoek gestart naar de toedracht van het fatale ongeluk.
Ongevallen met vrachtwagens zijn ernstig van aard en hebben vaker een fatale afloop.
3. (juridisch) fatale termijn: een termijn waarbinnen iets dient plaats te vinden, erna is het niet meer mogelijk

Woordherkomst
afgeleid van het Latijnse fatum (lot) met het achtervoegsel -aal

Synoniemen
[1] noodlottig
[2] dodelijk