eensgezind - Bijvoeglijk naamwoord
1. dezelfde mening en doel hebbend
♢ - De tweelingbroers waren erg eensgezind en droegen vaak dezelfde kleding.
♢ - Omdat de leden van de politieke partij geen eensgezinde mening hadden verloren ze de verkiezingen.
Woordherkomst
genitief van "een gezind" (als met één gezind)
samenstelling van een en gezind met het invoegsel -s-
Antoniemen
oneensgezind, verdeeld
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk
Bronnen
Bronnen: