Gepubliceerd op 13-11-2017

e-mail

betekenis & definitie

e-mail - Zelfstandignaamwoord
1. (informatica) een systeem voor het verzenden van berichten via een computernetwerk
2. (communicatie) een bericht dat verstuurd is via e-mail

e-mail - Werkwoord
1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van e-mailen
♢ Ik e-mail
2. gebiedende wijs van e-mailen
e-mail!
3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van e-mailen
e-mail je?

Woordherkomst
afgeleid van het Engelse mail (post) met het voorvoegsel e-

Synoniemen
[1] e-post, netpost, elektronische brief, elektronische post
[2] mailtje

Verwante begrippen
facsimile, telefax, telefacsimile, telegraaf
Zie ook
email